Deze wandeling in de prachtige Trôs-Marets vallei is een absolute topper (niet alleen) voor kinderen. Want waar houden de kleine ontdekkingsreizigers van? Avontuur natuurlijk. Hier kunnen ze zichzelf testen door over rotsen te klimmen en hun eigen grenzen te verkennen. Ze kunnen over wortels springen en spelen bij het water. En trouwens, de tocht is ook een geweldige manier om de kleintjes meer te leren over het leven aan de rivier en in het bos. Helemaal aan het einde van de tocht is er een hele leuke verrassing. Een roedel wilde zwijnen leeft in een omheind gebied een eindje van het pad af. In de lente kan je hier de zeugen (vrouwelijke everzwijnen) met hun jongen observeren.
Het eerste deel van het pad loopt door het naaldbos. Je daalt af in de vallei en je hoort het kabbelende bergstroompje al van ver. Het stenen pad gaat over in een pad vol wortels. Er duiken rotsen op die het landschap vormgeven. Beneden in de vallei is er een brugje over de bergbeek, die zich vertakt in verschillende kleine watervallen. Net achter de brug moet je een beetje klimmen. De stalen touwen die in de rotsen zijn verankerd, helpen je houvast te vinden op de soms glibberige stenen. Het pad gaat licht omhoog langs het water.
Het laatste deel van het pad leidt je weer door het bos, onder hoge bomen en langs sappige groene weiden.