De watertoren van Chôdes is met het stuwmeer van Robertville verbonden door een ondergrondse waterleiding van 5,5 km lang. Volgens het natuurkundige principe van verbonden vaten blijft het waterpeil in de toren op hetzelfde niveau als in het meer. Bovengronds bereikt de toren een hoogte van 38 meter (totale hoogte: 64 meter) en heeft een diameter van 8 meter. Een drukleiding voert het water van de toren naar de waterkrachtcentrale in Bevercé dat 154 m lager ligt en met 3 turbines jaarlijks 23.000 kWh elektriciteit produceert. Dit komt overeen met het verbruik van ongeveer 7.000 gezinnen. Het doel van deze compensatietoren is de druk van het water te regelen. Hierdoor wordt voorkomen dat er zich bij een snelle stop van de 3 turbines een overdrukgolf in de leiding verspreidt, die schade zou kunnen veroorzaken (dit wordt waterslag genoemd). Het hydro-elektrische complex Robertville-Bévercé werd gebouwd tussen 1925 en 1930. Naast de productie van groene stroom maken deze centrales de drinkwatervoorziening van de stad Malmedy en de bescherming tegen overstromingen stroomafwaarts van de rivier de Warche mogelijk om overstromingen in Malmedy te voorkomen.